6.
Bij lust, is de interesse geconcentreerd op het seksuele genoegen.
Mark zat samen met Justus in Manon’s living. Zij was het liefje van Justus wanneer het hun het beste uitkwam. Ze hadden iets ongedefinieerds. Het was zeer vroeg in de ochtend, en het begon langzaam, zacht licht te worden. Manon zat geknield aan een bijzettafeltje een joint te rollen, terwijl Justus in zijn koffie roerde en naar zijn vriend luisterde. Ze waren in een gesprek over lust en liefde verwikkeld geraakt.
‘En ik realiseer me hoe ironisch en eenvoudig het allemaal is. Hoe wij als liefdesmachines opgeslokt worden door de invloed van hormonen. Ik ben jaloers geweest en heb de angst van anderen geroken. Ik ben de gekwetste en de kwetser geweest. Verliefd, gekwetst en beschuldigend wanneer de andere de liefde niet met dezelfde sterkte voelde. Of wakker wordend om vast te stellen dat de gekke verliefdheid wegglipt. Ik word snel en hevig verliefd, maar die affectie kan ook in een paar uur verdwijnen. En dat gebeurt nu ook met mijn gevoelens voor Cynthia. Ik merk bij mezelf dat ze aan het verdwijnen zijn. Ik was in het begin zo verliefd, zo bevangen van haar, dat ik echt dacht dat het liefde was. Maar nu weet ik dat het uiteindelijk lust was. Net zoals bij andere vrouwen.’
Justus kende Mark goed genoeg, om deze uitleg te kunnen dromen. Mark was niet gemaakt voor een relatie. Het bleek nog maar eens dat liefde in zijn leven geen redding brengt. Het kon zijn bewustzijn niet vervangen in het onderzoek naar zichzelf. Justus vond het jammer, want hij apprecieerde Cynthia, en was blij dat het koppel voor Mark’s doen al zolang samen was. Zij had hem schijnbaar even kunnen verlossen van de wanhopige greep van zijn ego, en de paniekerige terugtocht van zijn vroegere ontevredenheid. Justus kon zich de periode nog goed herinneren hoe ongelukkig Mark was geweest, voor hij Cynthia tegen het lijf liep.
‘Man, Justus. Listen to me. Somehow I seem to have slept with 5 different women in the space of a week and now I feel enough is enough. I prefer being in love with one woman. What a difference will it make to sleep with someone you know and you know you like, can be honest with, respect, someone who knows the score and who’s ‘using’ you just as much as you’re ‘using’ her. I need someone hot, and also very cool. So I can love her, you know. Are you coming to visit me this weekend? Please save me. You are my friend. It won’t cost you a bean once you get here, you know that. And I promise you a good time. We’ll get high as kites if you like, you‘ll meet some people, anything could happen.’
Anything could happen. Juist ja. Zoals een wilde, dronken nacht doorhalen in de stad. Nochtans hadden ze de avond rustig ingezet. 10 uur eerder. Justus legde zijn lepeltje weg, en keek naar Manon. Hoe ze daar aan het tafeltje zat. Was hij verliefd op haar? Nee. Eerder verliefd op de aandacht die ze hem gaf, en haar felle lichaam. Onze beste bedoelingen zijn ook nooit goed genoeg. Zij kunnen de gevolgen van onze schadelijke handelingen niet verbergen. Zij kunnen ons niet beschermen tegen de pijn, die wij in de naam van de liefde meemaken. Hoe hartstochtelijk onze gevoelens ook mogen zijn, hoe oprecht onze woorden; wij vertrouwen onze bedoelingen toe aan een toekomst die wij niet kunnen voorspellen en mensen die wij niet kunnen beschermen. Justus zag hoe Manon de joint opstak en inhaleerde. Ze blies de rook in zijn richting en knipoogde. Hierop kreeg hij het stickje van haar aangereikt, terwijl ze recht ging staan en de kamer uitliep.
Anything could happen. En dan was de rust voorbij.
Mark was spontaan. Of impulsief. Het was maar hoe je het bekeek. Hij had ergens zin in, en deed het. Of at het. Of dronk het. Of zei het. Of slikte het. Of rookte het. Zonder nadenken. Zoals een kind. Hij leefde in zijn vrije tijd op korte termijn en genoot van wat het moment hem bood. Hij dacht niet veel na over eventuele gevolgen. Zolang hij plezier had en er wat actie in de keet was.
Het was al gebeurd dat Mark Cynthia in het midden van de nacht opbelde. Slaapdronken zat ze dan rechtop in haar bed, luisterend naar het ratelende relaas aan de andere kant van de lijn: ‘HelloCynthiaDearI’matadinnerpartyandthere’saqueueforthephonesoIcan’ttalkthatlongButhere’ssomething…IpracticedwithmybandtodaystonedandreallytightonthedrumslikeIalwaysamwhenIhaven’tplayedforawhileIboughtsomegrassandsomeecstasybecausetheguyhadsomeandIjusttookaquarterasIwalkedtothisdinnerpartyanditisniceStartworkteachingtomorrowAgigwiththebandatauniversityandanightMCingatsomeperformanceartnightclubeventwhichIthinkmightbeashittyI’llletyouknowIloveyouIloveyoubyebye…’
Of dat hij onaangekondigd op de Eurostar naar Brussel sprong toen hij een vrije dag had. Cynthia stapte op hetzelfde moment in de auto om in een andere stad een vriendin te bezoeken. Mark stond voor een gesloten deur, belde Justus op en ontmoette hem voor een optreden in de concertzaal aan de Beurs. Justus had voor die avond bij toeval vrijkaarten. Ze gingen samen naar de groep kijken, dronken enkele pinten in het café, en wandelden naar Justus’ huis. Onderweg liepen ze met blind geluk een Marokkaanse club binnen, om er enkele uren later extatisch buiten te wandelen. Bijgeval kwam Justus op het idee om Manon op te bellen, en nog meer plezier te maken. Mark vond het allemaal goed en prachtig.